Inhuldiging, 1552
Op 29 maart 1552 werd Willem van Oranje ingehuldigd op het stadhuis als heer van Breda. Daarna vonden de eigenlijke feestelijkheden plaats, waaronder een groot banket.
Als oorkonde van deze inhuldiging kunnen wij een charter beschouwen dat zich in het stadsarchief bevindt dat gedateerd is op 10 april 1554. Het charter bestaat uit drie bladen, waarvan twee aan weerszijden zijn beschreven, dus acht pagina’s. De akte is ondertekend door de prins. Het uithangend zegel van Willem van Oranje is verloren gegaan.
Baron van Breda, 1554
Van 1552 tot 1555 diende Willem van Oranje als overste in het leger van keizer Karel V. Willem van Oranje was een van de belangrijkste edelen aan het Nederlandse hof. Toen keizer Karel op 25 oktober 1555 terugtrad als koning van Spanje, keizer van Duitsland en heer der Nederlanden leunde hij op de schouder van de jonge prins.
De Nassau’s noemden zich tot aan Willem van Oranje altijd ‘heer’ van Breda. Pas later werd de titel ‘baron’ geïntroduceerd. Voor zover bekend is Willem van Oranje de eerste die de titel baron gebruikte.
Ridder in de Orde van het Gulden Vlies, 1559
Filips II werd in 1555 heer der Nederlanden en het jaar daarop ook koning van Spanje. In 1556 werd Willem ridder in de Orde van het Gulden Vlies. In het kader van de vredesonderhandelingen met Frankrijk, die in april 1559 zouden leiden tot de vrede van Cateau-Cambrésis, kreeg Willem van Filips belangrijke diplomatieke opdrachten. Willem werd bovendien door Filips in 1559 benoemd tot stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht. Anna van Egmond overleed op 24 maart 1558 en werd begraven in Breda. Op 25 augustus 1561 hertrouwde Willem met Anna van Saksen.
Verzet tegen de plannen van Filips II, 1564
Filips II was een overtuigd aanhanger van het rooms-katholieke geloof en probeerde het protestantisme uit te roeien. Hij streefde naar een gecentraliseerde, absolutistisch geregeerde Europese staat. Dit leidde uiteindelijk tot een breuk tussen Filips II en Willem van Oranje en het ontstaan van de Tachtigjarige Oorlog. Onder de hoge adel kwamen onder anderen Filips van Montmorency, graaf van Horne, Lamoraal, graaf van Egmond en Willem van Oranje in verzet tegen de plannen van Filips II. Op 11 maart 1563 stuurden prins Willem, Horne en Egmond een scherpe en waarschuwende brief aan koning Filips II. Het resultaat was echter averechts. Op 31 december 1564 hield Willem van Oranje een urenlange rede in de Raad van State over de godsdienstpolitiek, de inquisitie, de plakkaten en de plaats van de Staten-Generaal. Hij deed publiekelijk de uitspraak: Ik kan niet goedkeuren dat vorsten over de gewetens heersen.
De Tachtigjarige Oorlog, 1566
Op 10 augustus 1566 begon in Vlaanderen de Beeldenstorm. Deze hield aan tot 21 augustus. Op 15 april 1567 vertrok Willem van Oranje vanuit Breda naar de Dillenburg in Duitsland. Hij is nooit meer terug geweest in Breda. Op 16 december 1567 besloot de Raad van Beroerten tot zijn vervolging. Hij werd openbaar gedagvaard voor zijn aandeel in de onlusten van 1566. Zijn bezittingen in de Nederlanden werden verbeurd verklaard. Op 23 mei 1568 leverde de broer van Willem van Oranje, Lodewijk van Nassau, slag bij Heiligerlee (in de buurt van Groningen) tegen de Spanjaarden. Achteraf gezien werd dit beschouwd als het begin van de Tachtigjarige Oorlog.
Moord, 1584 en grafmonument in Delft
Op 10 juli 1584 pleegde de Fransman Balthasar Gerards een fatale aanslag op Willem van Oranje in het Prinsenhof in Delft. Op 3 augustus 1584 werd het lichaam van de prins bijgezet onder een tijdelijk grafmonument in het koor van de Nieuwe Kerk in Delft.
Huwelijken, 1551, 1561, 1575 en 1583
Willem van Oranje is viermaal getrouwd geweest, achtereenvolgens met Anna van Egmond (of van Buren) in 1551, Anna van Saksen in 1561 (dit huwelijk eindigde door een nietigverklaring in 1571), Charlotte van Bourbon in 1575 en Louise de Coligny in 1583. Willem van Oranje verwekte bij Eva Elincx een bastaardzoon, Justinus van Nassau (1559-1631). Deze was van 1601 tot 1625 gouverneur van Breda.
Willem van Oranjelaan, 1942
Aan het einde van de Baronielaan liep een zandweg rechtsaf Boeimeer in. Aansluitend aan de Baronielaan werden hier in 1909 huizen gebouwd in dezelfde bouwwijze als die aan de boulevard. Deze weg viel onder de gemeente Princenhage en op 5 september 1911 besloot de gemeenteraad de weg de naam te geven van Oranjelaan, ook weer in aansluiting op de namen Baronielaan en het Engelbert van Nassauplein. Deze naamgeving geeft aan dat Nassaustraatnamen en Oranjestraatnamen in deze tijd nog moeilijk te scheiden zijn. Pas sinds 1942 heet deze weg de Willem van Oranjelaan.
Standbeeld, 2014
Op woensdag 11 juni 2014 werd op het terrein van de KMA een standbeeld van Willem van Oranje onthuld. Het beeld, dat voorheen in Willemstad op Curaçao stond, is door Koning Willem de Eerste geschonken aan de KMA. Het monumentale beeld staat op de Parade van het Kasteel van Breda, vlak bij de Kasteelgracht. Het is vanuit het Valkenberg goed te zien.
Literatuur
L.F.W. Adriaenssen, ‘De vuurmonden van de Zwijger’, in Jaarboek de Oranjeboom XXXVII (1984).
A.J.M. Beenakker, Breda in de eerste storm van de opstand, van ketterij tot beeldenstorm 1545-1569 (Tilburg, 1971).
Boeken van en rond Willem van Oranje (’s-Gravenhage, 1984).
M.W. van Boven, ‘De inhuldiging van de heren van Breda’, in Th.E.A. Bosman, J.P.A. Coopmans en B.C.M. Jacobs, De heerlijke stad, achtste colloquium De Brabantse Stad, Bergen op Zoom, 2 en 3 oktober 1987 (Assen en Maastricht, 1988).
Marie-Ange Delen, Het hof van Willem van Oranje (Amsterdam, 2001).
H. de la Fontaine Verwey en Ton Croiset van Uchelen, 'Boekbanden van Willem van Oranje’, in H. de la Fontaine Verwey, Uit de wereld van het boek, Deel IV: Boeken, banden en bibliofielen (’t Goy, 1997).
Thomas Ernst van Goor, Beschryving van stadt en lande van Breda (’s-Gravenhage, 1744).
A. Hallema, ‘De pacifistische politiek van Prins Willem van Oranje, twee merkwaardige pamfletten in de Koninklijke Bibliotheek over den Bredaschen Vredehandel in het jaar 1575’, in Sinte Geertruydtsbronne, 1934.
Edward de Maesschalck, Oranje tegen Spanje, Eenheid en scheiding van de Nederlanden onder de Habsburgers (1500-1648) (Leuven, 2015).
Gerard Otten, ‘De Nassaustraatnamen in Breda, een verkenning’, in Engelbrecht van Nassau, jaargang 2010, nummer 4.
Gerard Otten, ‘Nassaumonumenten en Nassaustraatnamen in het Bredase negentiende-eeuwse beschermd stadsgezicht (1905-1911)’, deel een, in Engelbrecht van Nassau, jaargang 2011, nummer 4 en deel twee in jaargang 2012, nummer 1.
Jan Romein en Annie Romein-Verschoor, Erflaters van onze beschaving, Nederlandse gestalten uit zes eeuwen (Den Haag en Antwerpen, 1938).
R. van Roosbroeck, ‘Bredase Oranje-sprokkels’, in Jaarboek de Oranjeboom XXIII (1970).
P. Scherft, Het sterfhuis van Willem van Oranje (Leiden, 1966).
W.G.A. van Sonsbeeck, Rede van Mr. Dr. W.G.A. van Sonsbeeck, burgemeester van Breda, ter gelegenheid van de onthulling van een gedenksteen, gewijd aan Prins Willem van Oranje, op 2 mei 1933 (Breda, 1933).
Coen Tamse, Willem van Oranje en Breda, officier en ‘grand seigneur’ (Den Haag, 2014).