Willem van Oranje

Personen
1533 tot 1584
D91d783c30040dbf2783d14991c94ee1 D91d783c30040dbf2783d14991c94ee1

Willem I, prins van Oranje, Adriaen Thomasz. Key, ca. 1579 (collectie Rijksmuseum, Amsterdam)

Prins van Oranje, heer en baron van Breda van 1544-1584

Willem van Oranje volgde als prins van Oranje en heer van Breda zijn neef René van Chalon op. Hij werd zelf als heer van Breda opgevolgd door zijn oudste zoon Filips Willem van Oranje. Willem van Oranje (1533-1584) was heer van Breda en de eerste die zichzelf ook baron noemde. In de geschiedenis van Nederland en van Breda is hij een scharnierfiguur. Hij is begonnen als een katholieke, Bourgondische edelman, ridder in de Orde van het Gulden Vlies, met Breda als residentie en als machtsbasis en hij is geëindigd als protestant bijna-staatshoofd van een zelfstandige Nederlandse staat. Voor Breda zelf is eigenlijk alleen zijn leven van vóór de Tachtigjarige Oorlog van belang.

Willem van Oranje werd geboren als Willem van Nassau op het slot Dillenburg op 24 april 1533 als oudste zoon van Willem de Rijke, graaf van Nassau en Juliana van Stolberg. Tot zijn elfde levensjaar kreeg Willem een lutherse opvoeding op de Dillenburg. In 1544 stierf onverwacht zijn neef René van Chalon, die in 1530 door een erfenis het onafhankelijke prinsdom Orange verworven had. René had bij testament bepaald dat Willem zijn opvolger zou worden. Keizer Karel V stemde hiermee in op enkele voorwaarden: overgang tot het rooms-katholieke geloof en opvoeding aan het hof in Brussel. Op 22 augustus 1544 verliet Willem de Dillenburg voor Brussel. Aan het hof van keizer Karel werd de Duitstalige Willem ingewijd tot diplomaat. Hij leerde Latijn, Frans, Spaans, Italiaans en het plaatselijke Nederlands.

Sint Annabos, 1551

Op 8 juli 1551 trad de achttienjarige Willem in het huwelijk met Anna van Egmond en op19 december 1554 werd hun eerste zoon geboren: Filips Willem van Oranje. Het Sint Annabos achter het Ulvenhoutsebos is aangelegd tussen 1551 en 1564. Het bos, dat aanvankelijk Annabos heette, moet genoemd zijn naar Anna van Egmond. Toen later de oorsprong van de naam van het bos niet meer duidelijk was, zou men er een verwijzing naar de Heilige Anna in gezien hebben

Inhuldiging, 1552

Op 29 maart 1552 werd Willem van Oranje ingehuldigd op het stadhuis als heer van Breda. Daarna vonden de eigenlijke feestelijkheden plaats, waaronder een groot banket.
Als oorkonde van deze inhuldiging kunnen wij een charter beschouwen dat zich in het stadsarchief bevindt dat gedateerd is op 10 april 1554. Het charter bestaat uit drie bladen, waarvan twee aan weerszijden zijn beschreven, dus acht pagina’s. De akte is ondertekend door de prins. Het uithangend zegel van Willem van Oranje is verloren gegaan.

Baron van Breda, 1554

Van 1552 tot 1555 diende Willem van Oranje als overste in het leger van keizer Karel V. Willem van Oranje was een van de belangrijkste edelen aan het Nederlandse hof. Toen keizer Karel op 25 oktober 1555 terugtrad als koning van Spanje, keizer van Duitsland en heer der Nederlanden leunde hij op de schouder van de jonge prins.

De Nassau’s noemden zich tot aan Willem van Oranje altijd ‘heer’ van Breda. Pas later werd de titel ‘baron’ geïntroduceerd. Voor zover bekend is Willem van Oranje de eerste die de titel baron gebruikte.

Ridder in de Orde van het Gulden Vlies, 1559

Filips II werd in 1555 heer der Nederlanden en het jaar daarop ook koning van Spanje. In 1556 werd Willem ridder in de Orde van het Gulden Vlies. In het kader van de vredesonderhandelingen met Frankrijk, die in april 1559 zouden leiden tot de vrede van Cateau-Cambrésis, kreeg Willem van Filips belangrijke diplomatieke opdrachten. Willem werd bovendien door Filips in 1559 benoemd tot stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht. Anna van Egmond overleed op 24 maart 1558 en werd begraven in Breda. Op 25 augustus 1561 hertrouwde Willem met Anna van Saksen.

Verzet tegen de plannen van Filips II, 1564

Filips II was een overtuigd aanhanger van het rooms-katholieke geloof en probeerde het protestantisme uit te roeien. Hij streefde naar een gecentraliseerde, absolutistisch geregeerde Europese staat. Dit leidde uiteindelijk tot een breuk tussen Filips II en Willem van Oranje en het ontstaan van de Tachtigjarige Oorlog. Onder de hoge adel kwamen onder anderen Filips van Montmorency, graaf van Horne, Lamoraal, graaf van Egmond en Willem van Oranje in verzet tegen de plannen van Filips II. Op 11 maart 1563 stuurden prins Willem, Horne en Egmond een scherpe en waarschuwende brief aan koning Filips II. Het resultaat was echter averechts. Op 31 december 1564 hield Willem van Oranje een urenlange rede in de Raad van State over de godsdienstpolitiek, de inquisitie, de plakkaten en de plaats van de Staten-Generaal. Hij deed publiekelijk de uitspraak: Ik kan niet goedkeuren dat vorsten over de gewetens heersen.

De Tachtigjarige Oorlog, 1566

Op 10 augustus 1566 begon in Vlaanderen de Beeldenstorm. Deze hield aan tot 21 augustus. Op 15 april 1567 vertrok Willem van Oranje vanuit Breda naar de Dillenburg in Duitsland. Hij is nooit meer terug geweest in Breda. Op 16 december 1567 besloot de Raad van Beroerten tot zijn vervolging. Hij werd openbaar gedagvaard voor zijn aandeel in de onlusten van 1566. Zijn bezittingen in de Nederlanden werden verbeurd verklaard. Op 23 mei 1568 leverde de broer van Willem van Oranje, Lodewijk van Nassau, slag bij Heiligerlee (in de buurt van Groningen) tegen de Spanjaarden. Achteraf gezien werd dit beschouwd als het begin van de Tachtigjarige Oorlog.

Moord, 1584 en grafmonument in Delft

Op 10 juli 1584 pleegde de Fransman Balthasar Gerards een fatale aanslag op Willem van Oranje in het Prinsenhof in Delft. Op 3 augustus 1584 werd het lichaam van de prins bijgezet onder een tijdelijk grafmonument in het koor van de Nieuwe Kerk in Delft.

Huwelijken, 1551, 1561, 1575 en 1583

Willem van Oranje is viermaal getrouwd geweest, achtereenvolgens met Anna van Egmond (of van Buren) in 1551, Anna van Saksen in 1561 (dit huwelijk eindigde door een nietigverklaring in 1571), Charlotte van Bourbon in 1575 en Louise de Coligny in 1583. Willem van Oranje verwekte bij Eva Elincx een bastaardzoon, Justinus van Nassau (1559-1631). Deze was van 1601 tot 1625 gouverneur van Breda.

Willem van Oranjelaan, 1942

Aan het einde van de Baronielaan liep een zandweg rechtsaf Boeimeer in. Aansluitend aan de Baronielaan werden hier in 1909 huizen gebouwd in dezelfde bouwwijze als die aan de boulevard. Deze weg viel onder de gemeente Princenhage en op 5 september 1911 besloot de gemeenteraad de weg de naam te geven van Oranjelaan, ook weer in aansluiting op de namen Baronielaan en het Engelbert van Nassauplein. Deze naamgeving geeft aan dat Nassaustraatnamen en Oranjestraatnamen in deze tijd nog moeilijk te scheiden zijn. Pas sinds 1942 heet deze weg de Willem van Oranjelaan.

Standbeeld, 2014

Op woensdag 11 juni 2014 werd op het terrein van de KMA een standbeeld van Willem van Oranje onthuld. Het beeld, dat voorheen in Willemstad op Curaçao stond, is door Koning Willem de Eerste geschonken aan de KMA. Het monumentale beeld staat op de Parade van het Kasteel van Breda, vlak bij de Kasteelgracht. Het is vanuit het Valkenberg goed te zien.

Literatuur

L.F.W. Adriaenssen, ‘De vuurmonden van de Zwijger’, in Jaarboek de Oranjeboom XXXVII (1984).
A.J.M. Beenakker, Breda in de eerste storm van de opstand, van ketterij tot beeldenstorm 1545-1569 (Tilburg, 1971).
Boeken van en rond Willem van Oranje (’s-Gravenhage, 1984).
M.W. van Boven, ‘De inhuldiging van de heren van Breda’, in Th.E.A. Bosman, J.P.A. Coopmans en B.C.M. Jacobs, De heerlijke stad, achtste colloquium De Brabantse Stad, Bergen op Zoom, 2 en 3 oktober 1987 (Assen en Maastricht, 1988).
Marie-Ange Delen, Het hof van Willem van Oranje (Amsterdam, 2001).
H. de la Fontaine Verwey en Ton Croiset van Uchelen, 'Boekbanden van Willem van Oranje’, in H. de la Fontaine Verwey, Uit de wereld van het boek, Deel IV: Boeken, banden en bibliofielen (’t Goy, 1997).
Thomas Ernst van Goor, Beschryving van stadt en lande van Breda (’s-Gravenhage, 1744).
A. Hallema, ‘De pacifistische politiek van Prins Willem van Oranje, twee merkwaardige pamfletten in de Koninklijke Bibliotheek over den Bredaschen Vredehandel in het jaar 1575’, in Sinte Geertruydtsbronne, 1934.
Edward de Maesschalck, Oranje tegen Spanje, Eenheid en scheiding van de Nederlanden onder de Habsburgers (1500-1648) (Leuven, 2015).
Gerard Otten, ‘De Nassaustraatnamen in Breda, een verkenning’, in Engelbrecht van Nassau, jaargang 2010, nummer 4.
Gerard Otten, ‘Nassaumonumenten en Nassaustraatnamen in het Bredase negentiende-eeuwse beschermd stadsgezicht (1905-1911)’, deel een, in Engelbrecht van Nassau, jaargang 2011, nummer 4 en deel twee in jaargang 2012, nummer 1.
Jan Romein en Annie Romein-Verschoor, Erflaters van onze beschaving, Nederlandse gestalten uit zes eeuwen (Den Haag en Antwerpen, 1938).
R. van Roosbroeck, ‘Bredase Oranje-sprokkels’, in Jaarboek de Oranjeboom XXIII (1970).
P. Scherft, Het sterfhuis van Willem van Oranje (Leiden, 1966).
W.G.A. van Sonsbeeck, Rede van Mr. Dr. W.G.A. van Sonsbeeck, burgemeester van Breda, ter gelegenheid van de onthulling van een gedenksteen, gewijd aan Prins Willem van Oranje, op 2 mei 1933 (Breda, 1933).
Coen Tamse, Willem van Oranje en Breda, officier en ‘grand seigneur’ (Den Haag, 2014).

Deel dit artikel

Nieuwsbrief

Ook interessant

Idee icoon

Mis je iets? Informatie onjuist? Ideeën?

Mail je reactie
Erfgoedweb is een initiatief van
gemeente Breda
chevron-up Scroll naar boven