Opgraving KMA Huis Van Brecht 1989

Archeologie
Bouwwerken
1125 tot heden
Br 32 89 6 Br 32 89 6
Br 32 89 ns 1800 108 x Br 32 89 ns 1800 108 x

Zoutvaatje, onyx, 18e eeuw

Br 32 89 mt 1800 8698 Br 32 89 mt 1800 8698

Gouden ring met 8 robijntjes, 2 steentje daarvan ontbreken

Br 32 89 gl 1800 0936 Br 32 89 gl 1800 0936

Glazen ampul met onbekende inhoud ,bovenzijde kan afgebroken worden. 18e eeuw

Br 32 89 gl 1800 0018 Br 32 89 gl 1800 0018

Parfum- of medicijnflesje, in mal geblazen. 18e eeuw

Br 32 89 bz 1800 1660 Br 32 89 bz 1800 1660

Fragment van kunstgebitje, been. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 163a Br 32 89 aw 1800 163a

Kommetje, Chinees porselein met de typische paneel-indeling. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 156a Br 32 89 aw 1800 156a

Schoteltje, Chinees porselein, famille rose, 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 152a Br 32 89 aw 1800 152a

Kommetje, porselein, Imari decor. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 147a Br 32 89 aw 1800 147a

Schoteltje, Chinees porselein, 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 0146 Br 32 89 aw 1800 0146

Schoteltje,fayence, 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 143a Br 32 89 aw 1800 143a

Kommetje, Chinees porselein, roomkleurig. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 137a Br 32 89 aw 1800 137a

Schoteltje, fayence. Tekst: "goe tee Boe" (?) 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 135a Br 32 89 aw 1800 135a

Kommetje, fayence. Tekst: "Dit is goeie tee:

Br 32 89 aw 1800 132a Br 32 89 aw 1800 132a

Dekseltje, porselein, Imari decor. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 129a Br 32 89 aw 1800 129a

Kommetje, Chinees porselein, 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 128a Br 32 89 aw 1800 128a

Dekseltje, fayence. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 0126a Br 32 89 aw 1800 0126a

Detail roodstenen theepot Delfts of Chinees. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 0126 Br 32 89 aw 1800 0126

Roodstenen theepot Delft of Chinees. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1800 125a Br 32 89 aw 1800 125a

Theepot. Engels steengoed met zoutglazuur. midden 18e eeuw

Br 32 89 mt 1803 9336 Br 32 89 mt 1803 9336

Handvat van rapier of degen, 18e eeuw

Br 32 89 gl 1803 0044a Br 32 89 gl 1803 0044a

Glas-in-lood. gereconstrueerd in nieuw lood. 18e eeuw

Br 32 89 gl 1803 0028e Br 32 89 gl 1803 0028e

Glazen lepel, 18e eeuw

Br 32 89 aw 1803 1446a Br 32 89 aw 1803 1446a

Schoteltje, Chinees porselein. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1803 166a Br 32 89 aw 1803 166a

Kommetje, industrieel aardewerk uit Engeland. Late 18e eeuw.

Br 32 89 aw 1803 130a Br 32 89 aw 1803 130a

Kommetje, Cinees porselein met zelden voorkomend spatdecor. 18e eeuw

Br 32 89 gl 1801 0914 Br 32 89 gl 1801 0914

Glazen kraaltjes, vermoedelijk afkomstig van bijzondere kledingstukken zoals bruidskledij.

Br 32 89 gl 1801 0890 Br 32 89 gl 1801 0890

Berkemeijer, late 16 eeuw. Afkomstig uit oudere laag in beerput.

Br 32 89 gl 1300 0047 Br 32 89 gl 1300 0047

Mineraalwaterfles, ook wel oneerbiedig als Spa-fles betiteld. 18e eeuw

Br 32 89 lk 1300b 022 023 Br 32 89 lk 1300b 022 023

Afbeelding van een lakzegelstempel met het wapen van Michiel Samuel de Mestral, eigenaar van Huis Brecht in het midden van de 18e eeuw.

Br 32 89 gl 1300 0046 Br 32 89 gl 1300 0046

Schenkkannetje (olie of azijn ?) 18e eeuw

Br 32 89 gl 1300 013 Br 32 89 gl 1300 013

Kelkglas 18e eeuw

Br 32 89 aw 1300 0049a Br 32 89 aw 1300 0049a

Schotel, majolica. Late 17e - midden 18e eeuw. Afgebeeld staat Franciscus van Assisi

Br 32 89 aw 1300 0048 Br 32 89 aw 1300 0048

Melkkannetje ? roodbakkend aardewerk. 18e eeuw

Br 32 89 aw 1300 0030 Br 32 89 aw 1300 0030

Roodbakkende schotel met gestileerde tullp in slibtechniek uitgevoerd. 18e eeuw

Br 32 89 mt 2015 4087aa Br 32 89 mt 2015 4087aa

De complete klomp bevatte drie sleutel. Gevonden in een ophogingslaag op het binnenplein van huis Brecht. Datering 16e eeuw

Br 32 89 mt 2015 4087a Br 32 89 mt 2015 4087a

Röntgenfoto van een deel van een klomp roest met daarin een fraaie 16e eeuwse sleutel

Br 32 89 aw 1401 1619 Br 32 89 aw 1401 1619

Schenkkan in grijsbakkend aardewerk, Imitatie van een Siegburg kan. 14/15e eeuw

Br 32 89 aw 1800 0145 Br 32 89 aw 1800 0145

Kommetje, fayence, in zelden voorkomend blauw glazuur. 18e eeuw.

Br 32 89 3289bz 1620 1657b Br 32 89 3289bz 1620 1657b

Visnetverzwaarder, natuursteen 12e/13e eeuw

/

De grootscheepse restauratie van Huis Van Brecht in de periode 1989-1992 leidde ertoe dat er uitgebreid archeologisch onderzoek kon plaatsvinden in het gebouw. Niet alleen kon de bouwgeschiedenis vastgelegd worden, maar er konden ook oudere sporen onder Huis Van Brecht worden onderzocht. In totaal zijn er twintig werkputjes aangelegd, waarvan één put zich aan de oostelijke buitenzijde bevond.

Br 32 89 topo
Br 32 89 1824
De werkputten van het onderzoek uit 1989 op de huidige topografie en op het kadastraal minuutplan 1824. In grijs het omliggende archeologische onderzoek

De opgraving

In de kelders aan de Cingelstraat zijde bleek al snel dat deze in een latere fase (16e eeuw) zijn aangebracht en wel zo diep dat de oudste vloerniveau's, behoren bij de vroeg 14e eeuwse bouwfase verdwenen waren. Deze zullen zo'n 30-50 cm boven het huidige kelderniveau gelegen hebben. Wel werden er een groot aantal funderingsresten gevonden die wezen op talloze veranderingen in de ruimteverdeling.

Br 32 89 8
Br 32 89 9
Werkzaamheden in de kelder aan de straatzijde van huis Brecht

In de muren van de kelder (en dus de muren van het 14e eeuwse opgaande muurwerk op begane grond niveau!) werden wel fraaie 14e en 15e eeuwse bouwsporen aangetroffen. Onder het huidige kelderniveau werd wel een opgevuld waterloopje opgegraven met vondstmateriaal uit de oudste bewoningsfase, ver voor de aanleg van havenstoep of Huis Van Brecht. In de vleugel haaks op de Cingelstraat werd in het niet onderkelderde gedeelte een dichtgestorte ruimte opgegraven met een monumentale dubbele haardpartij. Ook deze ruimte moet zich ooit op maaiveldniveau bevonden hebben. Een bewijs dat in de 15e en 16e eeuw het terrein zeer fors is opgehoogd.

Br 32 89 2
Br 32 89 7
De uitgegraven ruimte(-s) met de monumentale haardpartij. In de 15 eeuw was dit op begane grond niveau. Rechts de uitgegraven haardvloer met verschillende bouwfasen en verbrand zand/leem

Aan de oostzijde van het gebouw, achter de 19e eeuwse hospitaalvleugel, werd nog een werkput aangelegd. Daarin een aantal afvalkuilen en op een dieper niveau een waterloopje dat opgevuld was geraakt met veen. In dit veen werd bij nadere analyse nog een verbrande graankorrel aangetroffen die omstreeks het jaar 1000 was te dateren. Bij enkele proefsleuven over dit achterterrein werden ook nog muurresten gevonden van gebouwen ten oosten van Huis Van Brecht.

Br 32 89 1
Br 32 89 5
De werkput aan de oostzijde van huis van Brecht waarin in waterloopje zichtbaar werd met 12e eeuwse vondsten

De vondsten

Er zijn een drietal grote beerputten opgegraven waarvan er éen zich onder de gallerij bevond, één onder het trappenhuis en één in de 19e eeuwse hospitaalvleugel. Het overgrote gedeelte van de vondsten uit de eerste twee putten was te dateren in de 18e eeuw. De vondsten uit de hospitaalvleugel zijn uit late 19e eeuw en lijken een relatie te hebben met het gebruik als hospitaal. De andere twee beerputten geven een goed beeld van de welgesteldheid van de bewoners van Huis Van Brecht.

Beerput 1800
Br 32 89 mt 1800 8698
De uitgegraven beerput onder het trappenhuis, centraal in Huis Van Brecht. Rechts één van de bijzondere vondsten: Een gouden ring met robijntjes. Hoe zou deze in de beerput terecht zijn gekomen ?

Wat stond er in de krant?

Reconstructie van landschap, bewoning en bebouwing

Het landschap

De vaste oever van de Mark liep schuin onder Huis Brecht door. Ten oosten van Huis Van Brecht lag een klein, natuurlijk waterloopje dat met een mooie bocht onder het gebouw doorliep. Ook tijdens de opgraving in de Cingelstraat werd een dergelijk riviertje aangetroffen. Het zijn kleine waterloopjes, typisch voor het lager gelegen deel van een terrein bij de rivier, die zorgden voor de afwatering van de hoger gelegen delen.

Eerste bewoningssporen

Het waterloopje was volledig gevuld met veen en daardoor verland. Uit C14 onderzoek blijkt dat dit omstreeks het jaar 1000 heeft plaats gevonden. Het ontbreken van vondsten wijst op een afwezigheid van bewoning in de onmiddellijke nabijheid. In het veen zijn echter in een pollenmonster wel graankorrels aangetroffen. Dit wijst erop dat deze plek onmiddellijk rond 1000 of daarvoor nog wel bewoond was. Het stroompje lijkt met een brede bocht om het Huis Brecht heen te lopen. Ondanks het ogenschijnlijk natuurlijk karakter roept het strakke, cirkelvormige verloop associaties op met een kunstmatige aanleg.
De oudste sporen die tijdens het onderzoek van Huis van Brecht zijn aangetroffen zijn, wijzen pas op bewoning ter plaatse, 100 tot 150 jaar later. Het karakter van de sporen en vondsten laat voorlopig geen diepgaande conclusie toe. Tijdens de opgraving werden in verschillende werkputten naast en onder het huis bewoningssporen aangetroffen in de vorm van kuilen, paalsporen, greppels, etc. op de oever van de Mark.

Interpretatie van de oudste sporen

Deze bewoningssporen dateren van vóór de eerste stenen bouwfase en geven aan dat de ontginning van de Markoever reeds in een vroeg stadium van de ontwikkeling van start ging, zonder dat er sprake was van grote ontginningswerken. Het vondstenmateriaal bestaat vooral uit Pingsdorf, Andenne, Paffrath, kogelpotaardewerk, etc. en kan in het begin van de twaalfde eeuw worden gedateerd. Moeilijk is het om deze vroegste sporen historisch te interpreteren. Vast staat dat het terrein niet echt bewoond is geweest, maar waarschijnlijk de rand vormde van een oude nederzetting op de oever van de Mark. Uit later onderzoek in de Cingelstraat, de Visserstraat en de Tolbrugstraat weten we dat in de twaalfde eeuw een langgerekte nederzetting zich op de oever van de Mark heeft uitgestrekt. Hoe deze nederzetting eruit heeft gezien, weten we nog niet. De schaarse historische bronnen uit deze periode vermelden het bestaan van een versterking, een castellum of burcht, die waarschijnlijk ten zuiden of ten westen van het huidige kasteel heeft gelegen. De opgraving bij Huis Brecht ligt juist tussen de militaire en civiele component in.

De oudste fase van Huis van Brecht

Kort na het verdwijnen van de havenstoep werd de eerste fase van Huis van Brecht gebouwd. In deze fase bestond het Huis van Brecht uit een groot rechthoekig gebouw, dat grotendeels samenvalt met de huidige vleugel aan de Cingelstraat. Tegen de noordgevel was een kleine zijvleugel gebouwd, waarschijnlijk in hout op een bakstenen fundering. Van deze zijvleugel werden diverse muurresten gevonden, met bijbehorende leemvloer. Ten noorden van het hoofdgebouw werd precies op de vulling van de havenstoep een groot rechthoekig gebouw aangetroffen. De functie van dit gebouw en de relatie met het hoofdgebouw is (nog) niet duidelijk. Tussen de bebouwing was een waterput aangelegd. De bovengenoemde bouwmassa's worden tot één bouwfase gerekend. Zij hoeven echter niet gelijktijdig gebouwd te zijn. Datering 1325/50 - 1350/1375

Oudste bewoner

De oudst bekende eigenaar en vermoedelijke bewoner van een huis op de plaats van het latere Huis Brecht was de kanunnik Arnold van Meldert, die in 1331 wordt vermeld als eigenaar van een onroerend goed gelegen ten noorden van de Herberg van Thorn. Opmerkelijk want ook de oudste bewoner van de Herberg van Thorn was een kanunnik.

Nieuwe begrenzing van het complex

In een volgende periode verdween - waarschijnlijk door een calamiteit (brand?) de hele noordelijke vleugel. Het lijkt er sterk op dat de oude zaal van de eerste periode van Huis Van Brecht bewaard is gebleven en mogelijk ook de het grote gebouw op het achtererf. Het hoofdcomplex bestond alleen uit een gedeelte van de vleugel aan de Cingelstraat. De rest van het terrein wordt afgesloten door een "tuinmuur" die parallel loopt met de brede sloot uit periode 1. Resten van deze diagonaal over het terrein lopende muur zijn teruggevonden onder de 19e eeuwse hospitaalvleugel en in de keldermuur aan de straatzijde van Huis Van Brecht. Datering van deze periode: 1350/75-1375/1400

Grote nieuwbouw

In de periode 1425 -1475 werd waarschijnlijk in meerdere fasen het complex ''gerestaureerd''. Mogelijk dat tegen de noordvleugel van de zaal langs de Cingelstraat een lange, smalle vleugel werd gebouwd. De bebouwing uit de voorgaande periode op het achtererf bestond waarschijnlijk nog in deze periode. Er zijn namelijk aanwijzingen dat deze bebouwing een verbouwing onderging.

Bouw noordvleugel

In deze fase werd ter plaatse van het zgn. pakhuis een nieuwe vleugel gebouwd, die de noordelijke begrenzing van het complex vormt. Ter plaatse van de vleugel werd het westelijk deel van het terrein opgehoogd. De vleugel heeft een eigen ontwikkeling gekend, die slechts gedeeltelijk aan de rest van het complex gekoppeld kan worden.

Onderkeldering en vernieuwing van de vleugel aan de Cingelstraat

De bestaande dwarsvleugel werd niet onderkelderd. Het oostelijke gedeelte van het complex werd zeer fors opgehoogd. Een deel van de dwarsvleugel wordt volgestort en er een nieuwe begane grond wordt gecreëerd. Elders heeft men het bestaande binnenloopvlak weggegraven om nieuwe kelders te bouwen. Kortom de nieuwe kelders en de oude dichtgestorte ruimte op de begane grond lagen globaal op hetzelfde niveau. Later wordt deze dwarsvleugel verlengd met twee vertrekken en een galerij. Datering 1475-1530

Br 32 89 10
Br 32 89 11
Het oorspronkelijke begane grond niveau van het 14e eeuwse zaalhuis evenwijdig aan de Cingelstraat links en op de huidige begane grond.

Aanzicht tot rond 1990

In de loop van de zeventiende en achttiende eeuw werd het losstaande gebouw op het achtererf gekoppeld aan de oostelijke dwarsvleugel waardoor het gebouw zijn typische u-vormige aanzien kreeg. Overigens kreeg het gebouw met deze u-vorm door de bebouwing aan de Kraanstraat een gesloten aanblik. Toen de bebouwing aan de Kraanstraat werd gesloopt, tegelijk met de noordelijke vleugel van Huis Van Brecht, kreeg het gebouw zijn huidige vorm.

Deel dit artikel

Nieuwsbrief

Ook interessant

Idee icoon

Mis je iets? Informatie onjuist? Ideeën?

Mail je reactie
Erfgoedweb is een initiatief van
gemeente Breda
chevron-up Scroll naar boven