Van 1870 tot 1876 werden de vestingwerken van Breda gesloopt en werd hier een plan aangelegd van singelwegen en brede straten. De Dijklaan was hier de grens van. Ten westen van de nieuwe aanleg ontstond, op Princenhaags grondgebied, een voorstad van fabrieken en arbeidersstraten. In 1896 besloot de gemeenteraad van Princenhage deze wijk de naam Duitenhuis te geven. In 1927 is deze buurt door de gemeente Breda geannexeerd.
Oude arbeidersstraten
Ten noorden en ten zuiden van de Haagweg ontstonden verschillende smalle straatjes met arbeiderswoningen, aangelegd door particulieren. De doodlopende Duitenhuisstraat begint aan de noordzijde van de Haagweg tussen de nummers 80 en 82. Deze straat bezit nog helemaal het oorspronkelijke karakter van de speculatiebouw van rond 1900. Een gedeelte van de oorspronkelijke bebouwing staat er nog. De straat is blijkbaar nog steeds levensvatbaar, kort geleden zijn er nieuwe huisjes bijgebouwd. De straat is aangelegd in 1892 door de particulier C. Mermans uit Breda, naast en gedeeltelijk achter de herberg het Duitenhuis. In 1905 werd hij al min of meer officieel de Mermansstraat genoemd. Bij oudere Bredanaars is hij nog steeds bekend als de Reet van Mermans. Een reet is een spleet of een smalle straat. Bij besluit van de gemeenteraad van Princenhage van 31 juli 1907 kreeg hij de passende naam Duitenhuisstraat. In 1929 werd de straat in eigendom overgenomen door de gemeente.
Het Duitenhuis
De toponymist Chr. Buiks heeft het Duitenhuisje buiten de Haagdijkse Poort al vermeld gevonden in 1710. Officieel heette dit natuurlijk een tolhuis, maar in de volksmond zei men dat hier duiten betaald moesten worden. Duiten waren de kleinste koperen munten van die tijd. Er gingen er acht in een stuiver. Het Duitenhuis was een houten gebouw. Vlak buiten de vesting mocht alleen in hout worden gebouwd om in geval van een belegering snel alle bebouwing in het schootsveld in brand te kunnen steken.
In 1872 werden de tollen in Noord-Brabant afgeschaft en in 1873 werden de Rijkstolhuizen met bijbehorende gronden openbaar verkocht, onder andere het tolhuis op de hoek van de Haagweg en de huidige Kolfbaanstraat. Daarna werd hier een herberg gevestigd met een speeltuin. In de nacht van 12 op 13 oktober 1892 brandde het gebouw volledig af. Nog in 1892 werd begonnen met de bouw van een nieuw koffiehuis, Haagweg 70-74. Na de Eerste Wereldoorlog was het pand al geen herberg meer, maar het opschrift ‘Duitenhuis’ heeft er tot het einde toe op gestaan. In de jaren negentig of na 2000 is het oude Duitenhuis gesloopt en is hier een appartementengebouw verrezen.