Vóór de Tweede Wereldoorlog liep er een voetpad van de huidige Doelakkerstraat in Princenhage via de Hondsvonder over de Bieloop naar de Rithsestraat. In de legger van openbare wegen van Princenhage van 1933 heet dit pad voor het eerst Bijloopwegje. Het voetpad werd vlak voor de oorlog afgesneden door de aanleg van de autoweg van Rotterdam via de Moerdijkbrug naar de rotonde bij Princenhage. Het restant, een doodlopend zijwegje aan de Rithsestraat met één boerderij, kreeg na de annexatie van 1942 officieel de naam Bijloopwegje.
De Hondsvonder
De toponymist Chr. Buiks geeft vermeldingen van de Hondsvonder al in 1544. Hij verklaart de naam als ‘vonder, voetbruggetje, hier van slechte kwaliteit, bouwvallig, rot’. De naam zou ook ontleend kunnen zijn aan het toponiem Hondsdonk hier vlak bij. Dit wordt voor het eerst vermeld in 1517. Waarschijnlijk is hond een pejoratief, een negatieve eigenschap aanduidend, bijvoorbeeld onvruchtbaarheid, moerassigheid. Hond kan ook een verkorte vorm zijn van hondshout, vuilboom, een struik die waardeloos hout levert.