Inderdaad, er waren zandbergen in Zandberg. Nu zouden we dat stuifduinen noemen. Overigens hoeft een 'berg' in Brabant niet meer dan een zichtbare verhoging in het landschap te zijn. De zandbergen lagen aan de zuidwestzijde van de huidige wijk in het bouwblok Ginnekenweg - Zandbergweg - Komeetstraat met een uitloper aan de zuidzijde van de huidige Roy van Zuidewijnlaan. Deze zandduinen zijn in de loop van de 18e eeuw afgegraven om het schootsveld vanuit de vesting Breda niet te belemmeren. Maar ook in de eeuwen daarvoor werd er zand gedolven voor allerlei werkzaamheden in de stad. In de stadsrekeningen wordt talloze malen vermeld dat er karren met zand worden vervoerd vanuit de "Sandberghen"
De zandbergen van Zandberg
29-05-2018In de late middeleeuwen was dit een zeer belangrijke locatie. De Heren van Breda exploiteerden op deze natuurlijke hoogte namelijk een tweetal windmolens. Dat was een “heerlijk” recht en de verpachting was een belangrijke bron van inkomsten. In 1313 worden voor het eerst twee (houten) standaard windmolens vermeldt waarvan er één in de loop van de eeuwen evolueert tot een hoge stenen windmolen. In 1794 wordt deze afgebroken omwille van de veiligheid van de vesting.
Net ten zuiden van de Zandbergen lag een smal beekdalletje. Het beekje dat hier door heen stroomde en in de Mark afwaterde werd al vóór 1280 door middel van een kanaal vanuit IJpelaar ingericht als toevoer voor de Ginnekense watermolen die in de nabijheid van het Saksen Weimarplein heeft gelegen. De Molenlei (“t Leike”), was vanouds de scheiding tussen Ginneken en Breda maar is kort na 1947 gedempt. De watermolen heeft de Tachtigjarige Oorlog niet overleefd en is in 1637 afgebrand.
Als we het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) projecteren op een moderne topografische kaart is goed te zien dat de zandbergen en het beekdal van de Molenlei niet geheel verdwenen zijn. Een verschil in hoogte van enkele tientallen centimeters is dan voldoende om een stuk geschiedenis weer zichtbaar te maken.