Adriaan van Bergen is bekend geworden als de turfschipper die prins Maurits geholpen heeft Breda te veroveren op de Spanjaarden in 1590 tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). Hij was de eigenaar van het schip dat bij deze aanslag is gebruikt.
Het turfschip
In de zomer van 1589 maakte prins Maurits plannen om Breda bij verrassing in te nemen. Een turfschipper uit Leur, Adriaan van Bergen, stelde zijn schip hiervoor ter beschikking. Dit schip, geladen met 75 soldaten onder een valse vloer vertrok op 2 maart 1590 vanaf een afgesproken plaats buiten Breda. Het schip was pas een dag later binnen het Kasteel. Er moest namelijk worden gewacht op de vloed om het schip naar binnen te kunnen trekken. De soldaten onder leiding van Charles de Héraugière zaten onder barre omstandigheden in de vochtige ruimte onder de lading turven. In de nacht van 3 op 4 maart verlieten de soldaten het schip en namen het Kasteel van Breda in. De Staatse troepen onder leiding van Filips van Hohenlohe konden daarna de stad bezetten.
Paard van Troje
Al meteen na de aanslag werd het turfschip vergeleken met het paard van Troje, het houten paard waarin de Grieken zich hadden verborgen om zo ongemerkt Troje binnen te kunnen dringen. De Spanjaarden waren ontzettend kwaad over deze list en beschouwden deze als vals spel en oneervol. Zij vonden dat echte heren geen oorlog mochten voeren op deze manier. Strijden deed je altijd met open vizier. Jarenlang werd de list met het turfschip en de verovering van het kasteel van Breda herdacht op 4 maart. Het turfschip werd als monument behouden totdat het in 1625 door de Spanjaarden werd vernield. Het Breda’s Museum heeft in 1990 bij de vierhonderdjarige herdenking een model van het turfschip laten vervaardigen, dat nu nog altijd te zien is in het museum.
Adriaan van Bergen
Er is verder weinig bekend over Adriaan van Bergen. Zijn volledige naam was Adriaan Adriaanszoon van Bergen. Zijn vader, Adriaan Jacobszoon van Bergen, is overleden in 1552. Hij moet dus vóór dat jaar geboren zijn. Hij kocht op 16 november 1592 van het geld dat hij had gekregen voor zijn afgedankte turfschuit het huis de Zwaan op de Havermarkt. In 1620 was hij nog boomsluiter (havenmeester) van de stad. Hij is dus ná dat jaar overleden.
Nationale held
Al snel na de aanslag maakte mythevorming zich meester van de gebeurtenissen. Meerdere leden van de familie Van Bergen waren betrokken bij de operatie. Adriaan was in ieder geval de eigenaar van het schip. Al tijdens het leven van Adriaan van Bergen zijn de kwaliteiten van bedenker van de list, eigenaar van het schip en uitvoerder van de operatie verenigd in zijn persoon. De Tachtigjarige Oorlog was tevens een propagandaoorlog en men had behoefte aan heldere verhalen en eenvoudige helden. Verschillende wetenschappers zetten later bij deze weergave hun vraagtekens. In de nationalistische negentiende eeuw werd het Nederlandse volk tot één natie gesmeed en ging men op zoek naar grote voorbeelden zoals Michiel de Ruyter en, uiteraard, Adriaan van Bergen. In 1895 werd de straat tegenover het Spanjaardsgat de Van Bergenstraat genoemd (later de Adriaan van Bergenstraat). Waarschijnlijk zijn er ook plannen geweest op deze plaats een standbeeld op te richten. In 1904 werd wel in Leur een standbeeld voor de turfschipper onthuld. Toen in 1925 een nieuwe achtervleugel aan het stadhuis werd gebouwd, ontstond een nieuw pleintje, het Stadserf. Op het midden van het plein werd een beeld van de turfschipper Adriaan van Bergen geplaatst, vervaardigd door de beeldhouwster Gerda Rueb en geschonken door Machinefabriek Breda, voorheen Backer en Rueb.
Literatuur
W.J.M.A. Asselbergs: ‘Het Turfschip van Breda als poëtisch motief’ in Jaarboek de Oranjeboom X (1957).
Jeroen Grosfeld, Wim Klinkert, Jean-Paul Meeuwissen, Het turfschip van Breda, 1590-1990 (Breda, 1990).
M.S.M. Hendrikx, Over Adriaan van Bergen en andere Leurse geschiedenissen (Leur, 1990).
G.G. van der Hoeven, Geschiedenis der vesting Breda (Breda, 1868).
W.J.F. Juten, ‘De turfschipper van Breda’, in Taxandria, jaargang 1894.
Gerard Otten, ‘De teloorgang van het landgoed Vinkenburg bij Princenhage, 1795-1885’ in Engelbrecht van Nassau, jaargang 1997, nummer 3.
Gerard Otten, Het Stadserf te Breda (Breda, 2008).
Gerard Otten, ‘Verheven tot de eer der straatnaamborden, Straten in Breda, genoemd naar personen’, in Engelbrecht van Nassau, jaargang 2015, nummer 1 en 2.
Th.M. Roest van Limburg, Het Kasteel van Breda (Schiedam, 1903).
Y.P.W. van der Werff, ‘Rond het Turfschip’, in Jaarboek de Oranjeboom XI (1958).