De Tiendweg valt onder de buurtschap Lijndonk. De verharde weg loopt van zuid naar noord van de Lijndonkseweg naar de Leijweg onder Dorst (gemeente Oosterhout). Tussen de Wouwerbeeksweg en de Tiendweg loopt van west naar oost een onverharde weg die eveneens Tiendweg heet. De historisch-geograaf Karel Leenders noemt deze weg de Tiendweg Lijndonk en de weg van Lijndonk naar de heide bij de Steekens en de verbindingsweg Lijndonk – Dorst. De weg heeft een niet nader te bepalen middeleeuwse ouderdom. De toponymist Chr. Buiks noteert deze weg ook als de Dorstsestraat op Tervoort. De Tiendweg is volgens Buiks en Jansen mogelijk grens van een tiendklamp (de Grote en Kleine Lijndonkse tiend). De naam is bevestigd bij besluit van Burgemeester en Wethouders van Nieuw-Ginneken van 23 mei 1947. Waarschijnlijk bestond de straatnaam tevoren al in deze vorm.
Tienden
Een tiende was in de middeleeuwen een vorm van winstbelasting, waarbij de boeren een tiende van hun oogst moesten betalen ter financiering van de armenzorg, het levensonderhoud van de parochiepriesters en de instandhouding van de kerkgebouwen. Hoewel de tiende in principe een kerkelijke en sociale belasting was, kwam hij op sommige plaatsen toch in particulier bezit en werd het een zakelijke recht. De inning gebeurde aanvankelijk in natura, waarbij men letterlijk een tiende deel van de oogst op het land ging ophalen. In latere tijden werd de tiende dikwijls verpacht.
Op 1 januari 1909 trad in Nederland de Tiendwet 1907 in werking. De tiendplichtigheid verviel, de gerechtigden van de tiendheffing werden door de regering schadeloos gesteld en de tiendplichtingen werden belast met een dertigjarige rente op hun grond, de tiendrente.