In 1701 werd naar ontwerp van de ingenieur generaal van de Dienst der Fortificatiën, Menno van Coehoorn, het Zuiderfrontier aangelegd van Bergen op Zoom tot en met Den Bosch. Het was een aaneengesloten reeks van verdedigingswerken en inundatiegebieden.
Maar er was een zwakke plek: tussen Breda en Geertruidenberg lag het land zo hoog, dat het onmogelijk onder water kon worden gezet. Hier werden onder leiding van Menno van Coehoorn extra verdedigingswerken gebouwd.
Het frontier bestond (voor zover op het grondgebied van de huidige gemeente Breda) uit de Linie van de Munnikenhof, de reeds bestaande Spinolaschans en de nieuw aangelegde Linie van de Vucht die aansloot op de Vesting Breda.
Een 18de eeuwse linie door Linie
04-05-2018Ontmanteling
Nadat Franse troepen in 1794 bij Drimmelen waren doorgestoten verviel het belang van deze linie. Toch werden een groot deel van deze werken in 1830, tijdens de Belgische opstand, weer hersteld en in paraatheid gebracht. De linie van de Vucht is echter nooit meer hersteld en is op het kadastraal minuutplan van 1824 zijn er geen sporen meer van zichtbaar.
Na de ontmanteling van de vesting en de bouw van de wijk Liniekwartier herinnerde alleen nog de naamgeving aan dit verdedigingswerk.
Projectie
Door vanaf historische plattegronden de linie van de Vucht te projecteren op een huidige luchtfoto is de locatie van de linie eenvoudig vast te stellen. Een voorwaarde is wel dat er op de oude en actuele plattegronden voldoende plaatsen zijn die door de tijd onveranderd zijn gebleven. Denk aan wegen en perceelsgrenzen.
Historisch landschap
Indien we de linie projecteren op de historische landschapskaart van Karel Leenders is te zien dat de linie van de Vucht keurig het hoger gelegen gebied ten noorden van de vesting afsloot en dat er gebruik werd gemaakt van de nog wat hoger gelegen dekzandkopjes.
Sporen na de ontmanteling
Bij een nauwkeurige analyse van het kadastraal minuutplan van 1824 waarbij voor elk perceel werd vastgesteld hoe het grondgebruik op dat moment was, valt op dat er op enkele percelen van de toen niet meer aanwezige linie meer akkerbouw werd gepleegd in een gebied waar vooral tuinderijen te vinden waren. Een mogelijke verklaring is dat bij de ontmanteling zand van het vestingwal verspreid is waardoor de percelen hoger en zanderiger zijn geworden.*
* Met dank aan Twan van den Broek die deze linie onder onze aandacht bracht.