Een puzzeldonk in Breda

12-03-2018

K.A.H.W. Leenders


Een nieuwe kijk op oude donken

In 2017 verscheen in Gent bij de Koninklijke Akademie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde een omvangrijke en diepgravende studie van de Antwerpse naamkundige Josef van Loon, getiteld “Lo, Donk, Horst. Taalkunde als sleutel tot de vroege middeleeuwen”, waarin ondermeer de veldnaam donk uitvoerig behandeld werd. In en om Breda komen heel veel donk-namen voor, zoals Gageldonk en Daasdonk. Dankzij het vele naamkundige werk van Christ Buiks worden die in de studie van Loon ook genoemd. Deze namen horen bij Breda vaak bij plaatsen waar de golvende zandondergrond door veen- of kleilagen heen prikt en een klein zand-eilandje opleverde. Dat is in de visie van Van Loon de gebruikelijke laatmiddeleeuwse agrarische toepassing van de term donk. In de zevende eeuw, zo laat hij zien, was een donk een kunstmatig aangelegde en versterkte hoogte in een waterrijk gebied, in gebruik als herenverblijf, klooster enzovoorts.

Donken bij Breda

Terug naar de donken bij Breda. Veel daarvan zijn goed gelokaliseerd en voldoen aan de laatmiddeleeuwse agrarische interpretatie. Bovendien zien we rond een donk soms een groep van verwante namen. Zo is de eigenlijke Rooskensdonk een zandkop aan de Mark (ten noorden van de rioolwaterzuiveringsinstallatie Nieuwveer), maar heel het blok beemden daaromheen werd ook Rooskensdonk genoemd. De zandkop werd daarom het Rooskensdonks Bergske genoemd en het boompje dat daar tot 1970 op stond heette het Rooskensdonks Boomke.

Rooskensdonk
Afb. 1: Het Rooskensdonks Boomke op de Rooskensdonkse Berg in Rooskensdonk, ca 1970. FOTO K. LEENDERS.

Een donk in hartje Breda?
Een dergelijke groep namen is er ook in het hartje van de stad Breda, bij de kop van de Haagdijk. Het probleem is daar dat de donk die daarbij hoort, (nog?) niet teruggevonden is. Wat weten we wel?

Dieststraat
Dieststraat2 cut
Afb. 2 en 3: Links, Het begin van het Dieststraatje aan de Haagdijk omstreeks 1950. FOTOGRAAF ONBEKEND. GAB, BEELDCOLLECTIE ID 19520410. Rechts, een luchtfoto met omcirkeld de loop van de Dieststraat. Deze kruist in het midden de oude (overkluisde) Donkvaart. De Markendaalse Kerk stond op de percelen tussen de Barbara kathedraal en de Haagdijk. FOTO AVIODROME LELYSTAD

De huidige Dieststraat, die vanuit de bocht in de Haagdijk naar het noorden loopt, heette voor 1737 Donksteeg, Donkstraat en zelfs kortweg Donk.(1) Na 55 meter kwam je aan een brug: de Donkbrugge. (2) Daaronder stroomde tot 1682 een zijtak van de Aa of Weerijs. Die tak werd ook Donk of Donkvaart genoemd. Nu ligt daar een straat die Donkvaart heet. Oorspronkelijk kwam dit water vlak bij de Hoge Brug in de Mark uit, maar bij de aanleg van de Prinsenkade in 1613 – 1618 werd het verlegd naar de noordrand van het kerkhof van de Markendaalse kapel. Daar was tot de demping van de Haven nog een boog in de kademuur te zien, de opvolger van de ruime boogbrug die er eerder lag.
Samen met de Gampel, dat is het laatste stukje van de Aa of Weerijs, omsloot de Donkvaart de Haagdijk die via vier poorten toegankelijk was: de Donkpoort, de Gampelpoort, de Sint-Maartenspoort (aan de kant van Princenhage) en de Tolbrugpoort (naar de oudste kern van Breda). Donk is geen waternaam en dat doet vermoeden dat de Donk(vaart) gegraven werd om de omgrachting van de Haagdijk volledig te maken.

Markendaalse20kerk
Afb. 4: Markendaalse Kerk met de brug over de Donkvaart. NAAR EEN WATERVERFSCHILDERIJ VAN F. HUIJGENS, CA. 1850. GAB BEELDCOLLECTIE ID 19910890.

Maar waar lag nu die donk?

Maar waar was nu de donk die simpelweg Donk heette en waar al deze namen naar verwijzen? In het overzicht van de veldnamen van Princenhage dat Christ Buiks samengesteld heeft en dat binnenkort in druk zal verschijnen, vinden we een eerste aanwijzing. De naam Donk gold in de veertiende en vijftiende eeuw kennelijk een hooilandgebied nabij het verdwenen gehucht Buurstede dat in de omgeving van de Kwakkelhutstraat in Tuinzigt lag.(3) Dat hooilandgebied moet dan haast wel in de voormalige polder Aabroek gelegen hebben. Voordat de zestiende-eeuwse vesting Breda aangelegd werd, strekte Aabroek zuidwaarts tot bij de Markendaalse Kerk. In 1871 werd vooraan in Aabroek de suikerfabriek gebouwd en in 1919 wat verderop de HKI. Noordwaarts liep Aabroek in een punt uit, ten noorden van de Stulemeijerbrug. Aabroek is dus geheel van karakter veranderd en dat maakt het lastig daar die donk terug te vinden.

A Abroek
Donk
Afb. 5 en 6: Links, de manuscript-topografische kaart van Aabroek, 1837, met later bijgetekende spoorlijn en lunet en aan de linkerzijde de boerderijen van Buurstede. Bij A: de twee in de tekst genoemde percelen. Bij B: het eilandje op de Portius kaart. Rechts, de Haagdijk en zuidelijk Aabroek op de kaart van Portius, 1625. Met de net verlegde loop van de Donkvaart en een restje van de oude loop. L is het Donkstraatje. Daarboven, in Aabroek, een langgerekt eilandje.


Eerder heb ik gedacht aan twee percelen in Aabroek waar vanuit het zuiden een pad naartoe liep dat min of meer in het verlengde van het Donkstraatje lag (A op bovenstaand kaartje). Maar over 300 meter lengte ontbreekt door de vestingwerken het verbindende stukje. De vraag is dan: bestond dat stukje echt of hoop ik dat alleen maar? We zullen het nooit weten. Die twee percelen onderscheiden zich in niets van de buurpercelen in Aabroek: hooiland van goede en redelijk goede kwaliteit.(4) Het enige dat mij dan opvalt, is dat een ervan van schoolmeester Leenders uit Terheijden was (geen familie overigens!). Ook op de oudste topografische kaart zijn die percelen net zo getekend als alle andere: grasland met sloten als perceelsgrens. Dat levert geen typische donk op: dan was het bouwland geweest, of hadden er bomen gestaan. Op de percelen waar later de suikerfabriek kwam, tegen de Mark dus, werden in 1837 wel enkele verspreide bomen getekend.
Op de kaart van Portius uit 1625 (afb.6) staat langs het pad aan de zuidkant van Aabroek een langgerekt eilandje getekend in het toen geïnundeerde Aabroek. Dat is natuurlijk ook een kandidaat. Op het kaartje uit 1837 (Afb.5) heb ik die plek met B aangegeven.

Toch dichter bij de Haagdijk dan maar?

In 2002 is er door de gehele Haagdijk een nieuw riool aangelegd. Daarbij zijn uitgebreide grondboringen verricht en zijn smalle profielkolommen getekend. Qua diepte en laagbeschrijvingen (structuur en kleur) zijn die betrouwbaar maar er is toen geen enkele interpretatie aan de lagen toegevoegd. Wel lijkt het erop dat de bocht tussen de Dieststraat en Prinsenkade lager ligt dan de rest van de Haagdijk. Het hoogteprofiel van de bestrating van de Haagdijk leert dat het laagste punt juist ligt waar de Dieststraat en het Rozemarijnstraatje er op uitkomen. Richting stad loopt het wat op, richting Princenhage nog veel meer, met een top ter hoogte van de Pelmolenstraat.

AHN
Afb. 7: Hoogteprofiel Haagdijk, vanaf Prinsenkade (links) tot even voorbij de Pelmolenstraat (rechts). BRON: AHN2.

Bij de afbraak van Haagdijk 1-3 aan de zuidkant van de Haagdijk, waarvan alleen de buitenmuren zijn blijven staan, is er midden in het huis een proefsleufje gegraven: de onderste laag bestond er uit veen. Ten noorden van de Markendaalse Kerk, in feite pal ten noorden van de Donkvaart van 1613, is in 1992 een dik veenpakket aangetroffen.(5) Daar was dus zeker geen donk. Tussen beide plaatsen werd voor 1340 de Markendaalse Kerk gebouwd. Was dat dan wel een zandplek aan de Mark? Helaas hebben de archeologen daar nog niet naar gekeken. De Markendaalse Kerk roept meer vragen op. Zo is de koorafsluiting aan de havenzijde merkwaardig plat en valt ze samen met de kerkhofmuur, zoals op afb. 4 goed te zien is. Normaal zou daar een meerhoekig koor zijn. Gerard Otten heeft al eens geopperd dat bij de aanleg van de Prinsenkade het meerhoekige koor afgebroken werd, omdat de straat toen pal langs het kerkgebouw gelegd werd. Als het oude koor toen afgebroken is, heeft men het kerkgebouw dan wel met een mooie gotische gevel afgesloten en niet zomaar dichtgemetseld. Maar ja, het was natuurlijk wel de gevel die erg in het zicht stond…

Er valt nog wat te puzzelen!

K.A.H.W. Leenders


Noten:

1 1471 op de hoek van de Doncstege: IJsseling, J.M.F.. Inventaris van het archief van het begijnhof te Breda. Breda,1966, regest 163; 1625 Den Donk: British Library London Harley 7027/15: Kaart Portius[=De Donkstraat]; 1640 Donckstraet: Otten, G.. De straten van Breda. Tilburg, 1988, 28-29.
2 1558, 1602: Donckbrugge, Doncbrugge: Otten, G.. De straten van Breda. Tilburg, 1988, 28-29.
3 1381: Beemd gelegen in die Donke: BHIC, Collectie Van der Meer, 1841 – 1944 (toegang 362), charter 1; 1389: Halve bunder
land in De Donc: IJsseling, J.M.F.. Inventaris van het archief van het begijnhof te Breda. Breda,1966, regest 65; 1418:
Beemden in die Donc: BHIC, Collectie Van der Meer, 1841 – 1944 (toegang 362), charter 5;1426: beemde … in die
Donck: Erens, A. (ed.). De oorkonden van het norbertinessenklooster St. Catharinadal te Breda-Oosterhout. Tongerlo,
1928 – 1931, nr 275.
4 Kadaster Princenhage, sectie H, nummers 502 en 503, klasse 1 en 1-2.
5 https://erfgoed.breda.nl/erfgoed/archief/opgraving-prinsenkade-1984-en-1992/

Idee icoon

Mis je iets? Informatie onjuist? Ideeën?

Mail je reactie
Erfgoedweb is een initiatief van
gemeente Breda
chevron-up Scroll naar boven