Groenstraat (Prinsenbeek)

Gebieden
1500 tot heden
1046 1046

De Groenstraat in 1962. Foto: C.T. Lohmann. (Beeldbank Stadsarchief Breda)

De Groenstraat heeft zeer lang twee namen gedragen, die van Groenstraat en die van Moleneind. Het grootste gedeelte van de Groenstraat valt onder Prinsenbeek, een klein gedeelte, tussen de spoorweg en het Liesbos, valt onder de woonplaats Breda. De toponymist Chr. Buiks veronderstelt dat het een groene weg of groene straat was, begroeid met gras en daarom, vooral in de zaaitijd, opvallend tussen de zwart liggende geploegde akkers.
Aan de oostzijde van de straat, even ten noorden van de huidige spoorweg, stond tot in de twintigste eeuw de Liesbosse Molen of de molen den Beer, waarom de straat ook wel het Moleneind werd,in de volksmond het Meuleneind.

Lintbebouwing

Volgens Karel Leenders was de Beek rond 1500 nog geen compacte nederzetting. Het was een lange sliert boerderijen langs de Groenstraat en de Beeksestraat en enkele zijstraten. Op de hoek van de Kapelstraat stond reeds de Gertrudiskapel. Dit is dus de nucleus, de kern van het latere Beek. In de loop van de tijd vond aan de latere Markt een fijne verdeling van de erven plaats, zodat daar veel huizen en huisjes konden staan. De boerderijen verdwenen naar de randen van de nieuwe nederzetting van de Beek. De concentratie van bebouwing aan de Beekse Markt moeten we waarschijnlijk in het midden van de zeventiende eeuw plaatsen, zegt Leenders.

Op het minuutplan van 1824 is de Beek uitgegroeid tot een tamelijk aaneengesloten lintbebouwing rond de latere Markt. Het einde van de bebouwing aan de noordzijde werd de Staart genoemd en het einde van de bebouwing aan de zuidzijde het Moleneind.

De Groenstraat

Buiks geeft reeds vermeldingen van de Groenstraat in de zestiende eeuw: Die Gruenstrate (1510), De Gruenstrate (1514) enzovoorts. In 1612 is er sprake van een Huijsken omtrent de Groene straete, westwaerts aen dMoleneijnde. Buiks zegt dat een groenstraat of groene weg vaak een straat of weg was die over braak liggend (groen) land liep en jaarlijks verlegd werd over het gedeelte van de drieledige akker dat onbebouwd bleef. Deze omschrijving, zegt Buiks, die betrekking heeft op Vlaams Brabant, klopt niet voor de Baronie. Hier was de dorpsakker niet verdeeld in drie stukken, waarvan er steeds één braak lag (waarover de groene weg zou lopen). Een groene weg zal begroeid zijn geweest met gras, zegt Buiks en die viel daarom vooral in de zaaitijd op tussen de zwart liggende geploegde akkers. Zie ook de Groenstraat onder Teteringen.

Het Moleneind of Meuleneind

De huidige Groenstraat werd ook wel het Moleneind genoemd. Het Moleneynde wordt volgens Buiks reeds vermeld in 1488. In 1501 zegt men Opt dMoleneynde. Buiks zegt: eind ’uiteinde van de bebouwing’, hier gelegen bij de molen, de Liesbossemolen. De straat heette ook wel de Moleneindsestraat: De Moleneyntsche strate (1628) en de Meuleneyntsche straete (1638). Meuleneind is blijkbaar de streektaal die hier gebruikelijk is en Moleneind de vernederlandste vorm.

Str024b groenstraat
De molen de Beer of de Liesbosse Molen aan het Moleneind of Groenstraat in 1936.De molen was toen al sterk in verval. (Beeldbank Stadsarchief Breda)

De Bruinstraat

Buiks geeft ook enkele vermeldingen van de Bruinstraat. 1628: Opt Moleneynd, suytwaerts aende gebuerstrate: de Bruynstrate. 1663: Huys opt Moleneijnde, oostwaerts de Bruijnstraete. 1701: Een perceel weyde aenden wintcorenmolen aende Bruijnstraet. Is deze straat identiek met de huidige Groenstraat, het vroegere Moleneinde, vraagt Buiks zich af. Een straat genoemd naar een familie De Bruin?

De molen

De Liesbosse Molen aan het Moleneind stond aan de oostzijde van de straat, even ten noorden van de huidige spoorweg. Volgens Karel Leenders is de oudste vermelding van 1477. Het was een houten standaardmolen, eigendom van de heer van Breda. In 1676 werd door de Nassause Domeinraad besloten een nieuwe stenen molen te bouwen. In 1677 werd hij opgeleverd. Volgens Buiks werd de molen vanaf 1769 den Beer genoemd. In 1812 werd de molen verkocht aan een particulier. In 1932 was de molen sterk in verval en in 1938 stortte hij gedeeltelijk in. Na de Tweede Wereldoorlog is het laatste puin weggeruimd.

Op 22 augustus 1933 besloot de gemeenteraad van Princenhage enkele straten in de kom van Beek een officiële straatnaam te geven, onder andere de Groenstraat. Deze liep toen vanaf het Heilig-Hartbeeld tot Arnold Jansen en omvatte dus niet het gehele Moleneind. In 1942 werd Beek opnieuw in wijken verdeeld. Een van de wijken was weer het Moleneind. In de legger van openbare wegen van Beek (N.B.) die op 24 juni 1948 opgemaakt is heet de huidige Groenstraat nog gedeeltelijk Moleneindstraat.
Op 3 augustus 1949 besloot de gemeenteraad van Beek (N.B.) de nummering per wijk in de gehele gemeente te vervangen door een nummering per straat. Op 1 juli 1951 werden de nieuwe plaatsnaam en gemeentenaam Prinsenbeek, de nieuwe straatnamen en de nieuwe huisnummers in één keer ingevoerd. De gehele straat, van de Markt tot aan de spoorweg, werd de Groenstraat genaamd en dus verdween de naam Moleneind. Op de huidige topografische kaart staat de gehuchtnaam Moleneind echter nog steeds vermeld.

Literatuur

Chr. Buiks, Veldnamen in de voormalige gemeente Princenhage (Breda, nog uit te geven).
Herman Dirven, ‘De molens in de voormalige gemeente Princenhage vanaf 1800 tot heden’, in Hage nummer 16, april 1976.
C.J.M. Latour, Alfabetische index van wijken en straten en de huisnummering der gemeente Princenhage, 1850-1941 (1983) (Prinsenbeek, 1983).
Karel Leenders, ‘Zeven eeuwen molens in Princenhage’, in Hage nummer 16, april 1976.
Karel Leenders, ‘De ontwikkeling van Prinsenbeek’, in Hage nummer 24, december 1978.
Gerard Otten, De straten van Breda (Breda, 1988).
M.A.M. Voermans, Prinsenbeek van kerkdorp tot forensengemeente (Prinsenbeek, 1992).

Deel dit artikel

Nieuwsbrief

Ook interessant

Idee icoon

Mis je iets? Informatie onjuist? Ideeën?

Mail je reactie
Erfgoedweb is een initiatief van
gemeente Breda
chevron-up Scroll naar boven